Met naailes leer je alle technieken om jouw perfecte garderobe te maken of te upcyclen. Bij Studio Do leer je alles over kleur en kleding.

Dit wil je weten voor je start met naaien

Zelf kleding maken is leuk! En dat ontdekken steeds meer mensen. Er is van alles mogelijk: kinderkleding, cosplays, accessoires of gewoon mooie items voor jezelf. Wat je ook maakt, voor je begint met naaien is het fijn om goed voorbereid te zijn. Daarom heb ik de belangrijkste punten voor je op een rij gezet.

Tip 1: stem je project af op je niveau

Plezier hebben in de dingen die je doet is het allerbelangrijkste. Dan helpt het als je je projecten afstemt op je niveau. Als je nog nooit hebt genaaid, begin dan niet meteen met een overhemd of colbert. Dat is echt wel moeilijk. Begin easy peasy en schroef de moeilijkheid langzaam op. Zo heb je steeds een nieuwe behapbare uitdaging. Dat draagt ook bij aan je werkplezier.

In de basiscursus doe ik het ook zo. Je start met een speldenkussen (dat lukt altijd!). Daarna maak je een tas, een stretch rokje en een etui. Andere geschikte beginnersprojecten zijn bijvoorbeeld een shirt met aangeknipte mouwen, kinderbroekje Oliver of een vlaggenlijn.

 

Tip 2: check de maattabel

Er zijn ontzettend veel leuke patronen te vinden. Je hebt tijdschriften als Knipmode, Burda, Fibre Mood en Tauko. Je hebt boeken met patronen, kant en klare patronen en downloadbare patronen. Allemaal op verschillende niveaus. Je vindt zonder meer iets leuks. Maar dan komt het: in welke maat ga je het patroon maken? Als je in de winkel altijd maat 40 hebt, lijkt het logisch dat ook voor je patroon te kiezen. Elke patroonaanbieder kan er echter een andere maattabel op na houden. Vergelijk daarom altijd je lichaamsmaten (bovenwijdte, taillewijdte en heupwijdte zijn het belangrijkste) met de maten uit de tabel. Bij de Knipmode en Burda heb je altijd één of twee maten groter dan je gewend bent in de winkel. Vraag me niet waarom ze dat doen. Erg complimenteus vind ik het niet, maar met die maat krijg je dus wel een mooi zittend kledingstuk.

Wat vaak voorkomt is dat je met je bovenwijdte in de ene maat valt en met je taille- of heupwijdte in een totaal andere maat. Dan kun je het beste uitgaan van de grootste maat en de rest tijdens het maken op maat afspelden. Of je komt langs voor de cursus patroon aanpassen. Dan leer ik je onder andere hoe je verschillende maten kunt combineren.

Ook goed om te weten: vaak zijn de magazines toegespitst op een bepaald figuurtype. Burda patronen passen bijvoorbeeld heel goed bij mensen met een 8-figuur, terwijl La Maison Victor een betere pasvorm heeft voor mensen met een recht of H-figuur. Hiermee kun je rekening houden als je je patronen kiest.

 

Tip 3: koop een goede naaimachine

Naaien is echt zoveel fijner op een goede naaimachine. Je projecten worden mooier en het scheelt je een hoop frustraties. Er zijn heel veel goedkope naaimachine in omloop van slechte kwaliteit. Als je een naaimachine voor €80,00 bij de Lidl, Aldi, Blokker et cetera ziet (of een lockmachine voor €150,00), doe het alsjeblieft niet. Af en toe zit er een pareltje in zo’n partij, maar over het algemeen zijn het machines met meer problemen dan oplossingen. Ze lopen stroef, hebben problemen met draadspanning, hebben een zwakke motor, waardoor je niet door dikke lagen stof heen kunt naaien en zo kan ik nog wel even doorgaan.

Veel liever koop je een goede tweedehands naaimachine. Zeker als je deze bij de erkende vakman koopt, weet je dat de naaimachine helemaal is nagekeken en goed werkt. Vaak krijg je er dan ook nog garantie op. Bij Naaimachinecentrum Teunissen in Nijmegen is het helemaal mooi: las je bij hen een tweedehands instapmodel koopt en je ruilt deze binnen een jaar in voor een nieuwe uitgebreidere naaimachine, dan krijg je het aankoopbedrag van je tweedehandsje als inruilkorting op de nieuwe machine.

Een heel nieuwe machine kopen kan natuurlijk ook. Goede merken zijn Pfaff, Bernina, Brother en Janome. Als je net begint is het fijn als er een snelheidsfunctie op de machine zit. Daarmee kun je tergend langzaam naaien. Daarom vind ik de Brother Innovis 15 een ideale machine voor beginners (en ik heb er niet eens aandelen in).

 

Tip 4: naaimachinenaalden (en draadspanning)

Voor de naaimachine heb je verschillende naalden voor verschillende stoffen. Hoe dikker de stof, hoe dikker de naald. Ook voor verschillende stof typen zoals stretch en jeans heb je aparte naalden. Gebruik die ook echt als je met deze stoffen werkt. Het voorkomt gaatjes in je stof en je stiksel wordt mooier.

Naaimachinenaalden kunnen slijten. Als je ze veel gebruikt of op iets hards zoals een speld of een pailletje naait, kan er een braampje aan de naald komen of verbuigt de naald. Beschadigingen zijn vaak niet met het blote oog te zien, maar zijn wel schadelijk voor je stiksel, stof of naaimachine. Vervang daarom regelmatig je naalden, zeker na zware projecten.

Vaak als het stiksel lusjes heeft, gaan mensen met de draadspanning in de weer. Aan de draadspanning hoef je echter bijna nooit te komen. Vervang eerst eens de naald en rijg de naaimachine opnieuw in. Dat verhelpt de meeste problemen.

 

Met naailes leer je alle technieken om jouw perfecte garderobe te maken of te upcyclen. Bij Studio Do leer je alles over kleur, kleding en karakter.

Tip 5: stofkeuze

Er zijn zoveel stoffen te koop. Soms zie je tussen de bomen het bos niet meer. Als je begint met naaien en nog niet precies weet hoe jouw naaikunsten uitpakken, kan het fijn zijn om met een goedkoop stofje te starten (zeg €5,00 per meter). Als je wat zekerder van je zaak bent, kun je duurdere stoffen kiezen. Verder zijn sommige stoffen makkelijker om mee te werken dan anderen. Stoffen die heel glad zijn of erg rafelen zijn niet prettig om mee te beginnen. In het begin zou ik me verre houden van bijvoorbeeld fluweel, nepbont, lycra, satijn en zijde. Veel liever kies je een katoentje. Ga je met stretch aan de slag, weet dan dat tricot (single jersey) altijd opkrult aan de randjes (lastig!). Dan is een iets dikkere stof zoals punta di roma makkelijk om mee te starten. Perfect voor een rokje.

Ik vind het zelf fijn om te weten dat mijn stoffen zo min mogelijk impact op het milieu hebben. Dan zijn stoffen die GOTS gecertificeerd zijn een goede keuze. Een ander keurmerk dat je vaak ziet is Oeko-tex. Ik vind dat zelf altijd een twijfelachtig keurmerk. Het wil zeggen dat er voor de eindgebruiker geen giftige stoffen vrijkomen. Dat is toch eigenlijk wel het minste wat je wilt. Maar over hoe het is gemaakt en wat voor schadelijk stoffen daarbij komen kijken, zegt het keurmerk niks. Bovendien is het een keurmerk dat je koopt en dan word je wel getoetst, maar het wil dus niet zeggen dat stoffen zonder Oeko-tex label (die dus niet getest zijn) wel schadelijk stoffen afgeven. Welkom in de wondere wereld van keurmerken! Let dus op GOTS. Dat is je beste vriend als het op eco stoffen aankomt.

Tot slot: je stof moet wel passen bij het patroon dat je hebt uitgezocht. Vaak staat er een stofadvies bij (zoals “alleen voor rekbare stoffen” of simpelweg “viscose”). Je kunt hier van afwijken. Let er dan op dat de rekbaarheid en valling vergelijkbaar is met het voorbeeld. In de winkel dus lekker voelen en draperen.

 

Tip 6: waar koop je stoffen?

Er zijn heel veel leuke winkels, zowel offline als online. Hier in de buurt heb je:

Nijmegen – Top Stoffen

Oosterhout – Karteris

Wijchen – Lie Stoffen

Arnhem – Trickle down (zij verkopen deadstock, dus duurzaam!)

 

Tip 7: weet en maak wat bij je past

Een van de lastige dingen als je zelf kleding maakt: je kunt het van tevoren niet passen. Het patroon ziet er in het boekje leuk uit, maar hoe zal het jou staan? Niks zo frustrerend als je na weken werken aan een project je het resultaat vindt tegenvallen. Gelukkig heb ik daar een oplossing voor: als je weet wat je goed staat, weet je vooraf dat je een nieuwe lievelings gaat maken. Voor je van start gaat is het dan ook leuk om een kleur- en stijladvies te doen. En (verrassing!) dat kan gewoon hier bij Studio Do. Ik kan je alles vertellen over de kleuren, pasvormen, stoffen en prints die jou het allerbeste staan. Daarover lees je hier meer.

Genoeg gelezen, nu is het tijd om vooral aan de slag te gaan. Ik wens je heel veel naaiplezier. Mocht je er toch niet helemaal uitkomen, dan ben je van harte welkom bij de naailessen.

Scroll naar boven